Heb je even tijd?
‘Mam, wanneer heb je eens tijd voor mij?’ ‘Tijd voor jou? Kind, ik maak toch tijd voor je!’ We knuffelen samen, we eten samen, we zijn dagelijks bij elkaar. Wat zeur je nou! Je kunt toch niet verwachten dat ik er ALTIJD voor je ben. Soms komt het gewoon even niet uit. Dan zal je geduld moeten hebben.